menu

Nieuwsbrief Muzikale Verhalen (42) 

Januari 2023  

Welkom,

In de eerste plaats de beste wensen voor 2023! Ik hoop dit jaar weer vele grotere en kleinere ontdekkingen te doen voor de komende nieuwsbrieven.


In deze nieuwbrief staat Johannes Brahms (1833 – 1897) centraal, een componist met een opmerkelijk levensverhaal. Een citaat uit Wikipedia over zijn jeugdjaren: "Brahms werd geboren in een sloppenwijk van Hamburg. Hij was de zoon van een muzikant die in cafés hoorn en contrabas speelde, en een kleermaakster. Zijn ouders zagen al snel zijn grote muzikale talenten en hij kreeg op zijn zevende jaar pianoles van Otto Friedrich Cossel. Toen hij tien jaar oud was, speelde hij de pianopartij in het pianokwintet opus 16 van Ludwig van Beethoven [zie onderstaand voorbeeld]. Dit optreden werd bijgewoond door een Amerikaanse impresario, die veel geld bood voor een tournee in de Verenigde Staten van dit wonderkind. Onder druk van zijn pianoleraar, die bang was dat het talent zich door dit plan niet verder zou ontwikkelen, ging de tournee niet door. Johannes kreeg daarop gratis les van Eduard Marxsen, de beste pianoleraar van Hamburg. Brahms moest, toen hij ongeveer dertien jaar was, om zijn ouders te steunen in hun voortdurende strijd tegen de armoede, populaire muziek spelen in kroegen en bordelen. Ondertussen las hij poëzie van onder anderen Novalis en Hölderlin om te ontsnappen aan het werk dat hem tegenstond. In deze periode arrangeerde en componeerde hij populaire salonmuziek voor piano-vierhandig: de manier in die tijd om amusementsmuziek in huiskamers ten gehore te kunnen brengen."

Ik wens u veel lees- en luisterplezier!

Imke Jelle van Dam


P.S. Cellist Ephraïm van IJzerlooij en Imke Jelle van Dam (piano) hebben een programma samengesteld met eigen composities en gezamenlijk werk, aangevuld met enkele klassieke muziekstukken uit de laat-romantische periode. We zijn op zoek naar speelplekken in huiskamers met voldoende ruimte voor circa 20 bezoekers. Wie kan hierin bemiddelen? Graag reacties aan


Inhoudsoverzicht


Info bekostiging maandelijkse nieuwsbrief

Mocht u iemand kennen die mogelijk ook interesse heeft in deze nieuwsbrief, dan wordt het op prijs gesteld als u deze met begeleidend schrijven doorstuurt. Men kan zich dan zelf kosteloos abonneren (info).


Concertagenda

Antrovista actualiseert (bijna) dagelijks de concertagenda.

Overzicht concerten en muziekcursussen

naar boven

Johannes Brahms (1833 – 1897)

Johannes Brahms werd geboren in een sloppenwijk van Hamburg. Brahms moest als dertienjarige in een strijd tegen armoede, populaire muziek spelen in kroegen en bordelen. Brahms voelde zich thuis in de klassieke traditie van Bach, Mozart, Haydn, Beethoven en Schubert. Toch is hij wel degelijk vernieuwer. Na de dood van zijn moeder in 1866 componeerde hij Ein deutsches Requiem. Brahms' oeuvre is zeer omvangrijk. Hij schreef vier symfonieën, twee serenades en twee pianoconcerten, een vioolconcert en een dubbelconcert voor viool en cello, ongeveer 330 liederen, kamermuziek en hij bewerkte muziek van Händel, Schubert en Bach.

naar boven

Vermelde werken van Brahms op Wikipedia

Citaat: "Op zijn vijftiende begon Brahms volksliedjes te verzamelen en te bewerken, en in 1851 kwam zijn eerste officiële werk tot stand, het Scherzo in es-klein (opus 4). Vlak daarna volgden zijn pianosonates in C (opus 1) en in fis-klein (opus 2): werken die Robert Schumann later zou kwalificeren als 'versluierde symfonieën'".


Citaat: "In menig opzicht is Brahms vernieuwer. Zijn harmonische vondsten, zijn instrumentatiekunst, zijn manier van schijven voor het instrument piano (Händelvariaties en Paganinivariaties), maar bovenal zijn ritmiek (syncopen, polyritmiek en octaven met inliggende terts of sext) zijn zeer modern geweest in zijn tijd. In zijn korte pianostukken vallen reeds hier en daar impressionistische klanken te beluisteren."


Citaat: "In 1862 verhuisde hij naar Wenen. In Wenen raakte hij zeer bevriend met Johann Strauss Jr. Brahms was zeer onder de indruk van Strauss’ kunst. Zijn Liebeslieder-Walzer Op. 52 en Op. 65 voor zang en quatre-mains piano zijn daar een voortvloeisel uit."


Citaat: "Na de dood van zijn moeder in 1866, een gebeurtenis die hem zeer aangreep, componeerde hij "Ein deutsches Requiem", een oratorium, meer een soort van koorcantate, over lijden en troost. Voor dit gigantische muziekstuk maakte hij gebruik van teksten in de vertaling van Maarten Luther van de Bijbel, in plaats van de gebruikelijke Latijnse dodenmis. Brahms toont hiermee zijn enorme bijbelkennis. Hij had het stuk achteraf liever het "Requiem van de Mens" willen noemen. Delen van "Ein deutsches Requiem" werden op Goede Vrijdag in 1868 met groot succes opgevoerd in de Domkerk van Bremen. Het complete werk van zeven delen ging onder leiding van Carl Reinecke op 18 februari 1869 in première in het Gewandhaus in Leipzig."


Citaat: "Na '"Ein deutsches Requiem" componeerde Brahms onder meer "Rinaldo", een ander groot muziekstuk voor koor en orkest, gebaseerd op teksten van Goethe."


Citaat: "In 1876 voltooide hij zijn eerste symfonie, een compositie waaraan hij meer dan twintig jaar had gewerkt. Deze symfonie kreeg in Wenen de bijnaam "Beethovens tiende". Hoewel Brahms het aanvankelijk wel vleiend vond om als de erfgenaam van Beethoven te worden gezien, begon hij het later toch hinderlijk te vinden."


Citaat: "Op symfonisch gebied werd Brahms in Wenen tegenover Anton Bruckner gesteld. Bruckner vertegenwoordigde volgens de 'Brahmsianen’ de 'wagneriaanse' symfonie. Brahms werd door de Bruckneraanhangers (onder anderen Gustav Mahler en Hugo Wolf) als conservatief bestempeld. Beide musici verschilden op alle vlakken van elkaar (behalve dat zij hetzelfde lievelingsgerecht gehad zouden hebben). Onbedoeld werden beide meesters mikpunt van elkaars tegenstanders. Overigens leed Brahms er minder onder dan Bruckner. In zijn overige drie symfonieën wist Brahms een veel persoonlijker stijl te vinden. Deze werken kwamen in veel kortere tijd tot stand dan zijn eersteling."


Citaat: "Brahms' oeuvre is zeer omvangrijk, hoewel veel ervan door de perfectionistische componist zelf is vernietigd. Hij schreef vier symfonieën, twee serenades en twee pianoconcerten (zie Pianoconcert nr. 1 en Pianoconcert nr. 2), een vioolconcert en een dubbelconcert voor viool en cello, ongeveer 330 liederen, kamermuziek (sonates voor viool, cello en klarinet; strijkkwartetten, -kwintetten en -sextetten; muziek voor piano solo), en hij bewerkte muziek van Händel, Schubert en Bach. Brahms' muziek wordt gerekend tot de late romantiek, waarin veel volkse invloeden te vinden zijn. Tot zijn bekendere werken behoren de "Hongaarse dansen" en "Ein deutsches Requiem". Hoewel hij een van de laatsten der grote romantici was, was hij sterk georiënteerd op de classicistische stijl van de Eerste Weense School: Mozart, Haydn en Beethoven. Hij dweepte met Beethoven en Bach, geloofde in de conventionele vorm en structuur en was een tegenstander van de 'rebelse' Wagner en Liszt, en wat zij 'de muziek van de toekomst' noemden. Brahms is te beschouwen als de unieke schakel tussen het Weense klassieke tijdperk van het laatste kwart van de 18e eeuw (Haydn, Mozart Beethoven) en het neoclassicisme van het tweede kwart van de 20ste eeuw (Stravinsky, Hindemith, Bartok). Op latere leeftijd waagde Brahms het om te ontsnappen aan de classicistische conventies die hijzelf had aangehangen en met zijn composities bekrachtigd. Zo kreeg de finale van de vierde symfonie de vorm van een chaconne, ontleend aan een (vroege) cantate van J.S. Bach. Dit kwam hem uit eigen kring op forse kritiek te staan."

naar boven

Een merkwaardig leven lang muziek (4)

In de oktober-nieuwsbrief (39) is geschreven over het boek 'Een merkwaardig leven lang muziek' van de Amerikaanse concertpianist Jeremy Denk (zie link >). Toen is het plan opgevat om muziekvoorbeelden die hij aanhaalt op YouTube op te zoeken. Bij deze: deel vier. Jeremy is 8, 9, 10? jaar (niet nader genoemd in zijn boek).

Ik werkte maanden aan Clementi’s Sonatine, opus 36, nummer 4 in F groot. Con spirito, staat er: “Met geestdrift’! Mijn partituur kreeg elke week extra markeringen, tot de dingen die ik geacht werd te doen geleidelijk verborgen werden achter de dingen die ik niet geacht werd te doen. Ergens in de puinhoop van krabbels kun je ‘Remember fingering’ lezen: ’Vergeet de vingerzetting niet’. Lillian [Livingston] was daar heel hardnekkig in. Elke week, zei ze, moest ik besluiten welke vinger bij welke noot hoorde, en daaraan vasthouden. (…) Konden je vingers niet vrij zijn? Een ander heikel punt bij Lillian waren rusten. Ze werden omcirkeld in meerdere kleuren inkt. Als mijn linkerhand klaar was met het spelen van een frase, had hij de neiging om op de noot te blijven hangen die net was gespeeld (…). Het belangrijkste was dat Lillian me bekendmaakte met een nieuw woord: ‘frasering’. ‘Vermijd plotse uitvallen in dynamiek’, staat er in de Clementi-partituur. (…) Aan het eind van de eerste frase liet Lillian me een basisprincipe noteren: Hard/Zacht – dissonanten sterker, oplossingen minder. Deze wezenlijke klassieke manier van eindigen (…) herbergt een contradictie. Het ‘verkeerde’ akkoord wordt gespeeld met nadruk, maar het ‘echte’ akkoord wordt rustig gespeeld, als een nadere overweging. Lillian noteerde deze nuance overal. (…)

naar boven

Gids voor orkestmuziek (15): Bach (5)

Vijfde Brandenburgse concert in D (20 minuten)

Allegro – Affettuoso – Allegro

Als concertino figureren hierin de fluit, viool en cembalo (klavecimbel), welk laatste instrument zulk een belangrijke, hier en daar virtuoze, rol vervult, dat men zo niet van een pianoconcert met obligate fluit en viool, stellig van een tripelconcert kan spreken. Het cembalo is ditmaal dus niet begeleidend en ondersteunend ‘continuo’, het heeft in het eerste en laatste deel zelf grote cadensen. Dat eerste deel heeft als inzet een overmoedig, beweeglijk hoofdthema. De soli spelen daar met eigen invallen doorheen, maar het cembalo heeft het hoogste woord. De langzame klaagzaag van het tweede deel wordt door de fluiten, viool en cembalo alleen voorgedragen. Een schier Italiaans-melodisch stuk, waarin de drie instrumentale stemmen canonisch optreden. Het derde deel is een opgewekt heen-en-weer spel tussen tutti en concertino. Het is op zich ook driedelig en rijk aan contrapuntische invallen.

Vijfde Brandenburgse concert in D

naar boven

Bladmuziek van Imke Jelle van Dam

In voorgaande nieuwsbrieven was vaak een eigen compositie geplaatst. Dat betekende evenwel dat ik maandelijks met een muziekstuk (meestal uit de oude doos) aan de slag moest. Het was een aardige stok achter de deur, maar leverde ook soms wat stress op en dat wil ik niet meer. Ik pak deze rubliek weer op als op natuurlijke wijze er weer iets nieuws tot stand is gebracht.

Ik volsta nu met een verwijzig naar wat tot nu toe op papier is gezet, hetzij als muziekboek of als PDF.

naar boven