Barok
Late 17de eeuw

Inleiding
In de late 17de eeuw bloeide de barokmuziek met expressieve melodieën, dramatische contrasten en een nadruk op emotie. Componisten streefden naar het uitdrukken van affecten, gevoelens en religieuze devotie, zowel in wereldlijke als kerkelijke genres.
Opera combineerde zang, instrumentale muziek en theater. Italiaanse componisten ontwikkelden recitatieven en aria’s die emoties direct communiceerden, terwijl Lully in Frankrijk het tragédie lyrique verfijnde met strikte Franse prosodie, dans en continuo. Virtuositeit van solisten en het contrast tussen recitatief en aria waren kenmerkend.
Cantate en Lied waren kleinere vocale vormen. Solo-cantates met basso continuo boden dramatische scènes of emotionele teksten. Liederen waren korter en eenvoudiger, vaak voor intiemere uitvoeringen, met nauwe verbinding tussen tekst en melodie.
Kerkmuziek combineerde polyfonie en homofonie om tekstbetekenis te benadrukken. Koren en solisten, ondersteund door basso continuo en ritornelli, konden religieuze emoties uitdrukken.
Oratorium vertaalde deze expressie naar religieuze vertellingen zonder toneel. Componisten wisselden aria’s, recitatieven en koormuziek af, met instrumentale begeleiding ter versterking van de betekenis.
terug naar Barok (1600 - 1750)
naar boven
Opera
In de tweede helft van de zeventiende eeuw verspreidde de opera zich vanuit Italië naar andere landen, met Venetië als belangrijkste centrum. De Venetiaanse operagebouwen waren in heel Europa beroemd. De opera in deze periode was indrukwekkend, zowel dramatisch als muzikaal, hoewel de plots vaak een allegaartje waren van onwaarschijnlijke karakters en situaties, en een mengeling van serieuze en komische scènes die vooral dienden als aanleiding voor melodieën, solozang en theatrale effecten.
De vocale virtuositeit bereikte nog niet de hoogtepunten van de achttiende eeuw, maar ontwikkelde zich wel in die richting. Het koor verdween vrijwel volledig, het orkest beperkte zich tot begeleiding en recitatieven waren muzikaal ondergeschikt. De aria werd dominant, wat ook de triomf betekende van populaire smaak boven het aristocratische raffinement van het oorspronkelijke Florentijnse recitatief, nauw verbonden met de ritmen en stemmingen van de tekst.
Muziekvoorbeelden op YouTube
Achtergrondinformatie bij onderstaande muziekvoorbeelden
- Antonio Sartorio - Anacreonte Tiranno
- Giovanni Legrenzi - La morte del cor penitente
- Alessandro Stradella - San Giovanni Battista
- Agostino Steffani - Enrico Leone
- Antonio Lotti - Sinfonia (uit de operea Alessandro Severo)
- Johann Joseph Fux - Costanza e Fortezza
- Alessandro Scarlatti - Mitridate Eupatore
- Alessandro Scarlatti - La Griselda
- Jean-Baptiste Lully - Roland "chaconne"
- Jean-Baptiste Lully - Amadis: Bois épais
- Jean-Baptiste Lully - "Ouverture & Suite de dances" Armide
- André Campra - L'Europe Galante
- John Blow - Venus and Adonis
- Henry Purcell - Dido & Aeneas
- Henry Purcell - The Tempest
- Carolus Hacquart - 't Samenspraak tussen Bacchus en Ceres uit 'De Triomfeerende Min'
- Johan Schenk - "Nu mag de aarde vrolijk wezen" uit 'Bacchus, Ceres en Venus'
- Reinhard Keiser - Croesus, 1ste Acte
- Reinhard Keiser - Croesus Liebe, sag', was fängst du an?
naar boven
Cantate en lied
Aan het begin van de zeventiende eeuw ontstond de cantate uit de monodische strofische variatie. In de loop van de eeuw ontwikkelde zij zich tot een vorm met vele korte, contrasterende delen. Tegen het midden van de eeuw werd dit patroon duidelijker: afwisselende recitatieven en aria’s (meestal twee of drie van elk) voor solozang met continuo-begeleiding, op een tekst met vaak amoureus karakter, vormend een dramatische vertelling of monoloog. Een uitvoering duurde doorgaans tien tot vijftien minuten.
Bijna alle Italiaanse operacomponisten uit de zeventiende eeuw schreven grote aantallen cantates. De bekendste componisten tussen 1650 en 1720 waren Carissimi, Luigi Rossi, Stradella en Alessandro Scarlatti.
Muziekvoorbeelden op YouTube
Achtergrondinformatie bij onderstaande muziekvoorbeelden
- Giacomo Carissimi - E' bello l'ardire
- Luigi Rossi - Se non corre una speranza
- Alessandro Stradella - Crudo mar di fiamme orribile
- Alessandro Scarlatti - Due Cantate
- Agostino Steffani - Duetto Lontananza Crudel
- Alessandro Stradella - Serenata a 3 'Qual prodigio'
- Marc-Antoine Charpentier - Cantata, 'Orphée descendant aux enfers'
- Louis-Nicolas Clérambault - Cantata 'Leandre & Héro'
- Adam Krieger - 3 Deutsche Barocklieder
- Henry Purcell - O let me weep
- John Blow - Tell me no more you love
- Henry Purcell - Hail! Bright Cecilia
- Henry Purcell - Come Come Ye Sons Of Art
naar boven
Kerkmuziek en oratorium
Het karakteristieke barokke onderscheid tussen de oude of 'strenge' stijl en de moderne of 'vrije' stijl is het duidelijkst terug te zien in de rooms-katholieke muziek aan het eind van de zeventiende en begin achttiende eeuw. Componisten schreven zowel werken volledig in de oude of de nieuwe stijl, als grotere composities waarin beide stijlen werden gemengd. Honderden missen en andere liturgische werken bleven in de Palestrina-stijl, terwijl sommige kerkcomponisten volop gebruikmaakten van solozang, basso continuo, en het concerto-medium met meerdere koren en groepen solostemmen en instrumenten.
Muziekvoorbeelden op YouTube
Achtergrondinformatie bij onderstaande muziekvoorbeelden
- Maurizio Cazzati - Messa e Salmi per li Defonti
- Maurizio Cazzati - In exitu Israel
- Giovanni Paolo Colonna - Messa a 9 voci - Sinfonia & Kyrie I
- Giacomo Antonio Perti - Messa a 8 in Re maggiore
- Johann Joseph Fux - Missa Corporis Christi - Gloria
- Antonio Caldara - Stabat Mater
- Battista Pergolesi - Stabat mater
- Johann Adolph Hasse - Messe in g-Moll
- Benedetto Marcello - Requiem
- Johann Adolph Hasse - La Conversione de Sant'Agostino
- Michel-Richard de Lalande - Grands Motets
- François Couperin - Leçons de ténèbres
- Pelham Humfrey - Hear, O Heav' ns
- Henry Purcell - My heart is inditing
- Henry Purcell - Thou Knowest Lord The Secrets Of Our Hearts
- Johann Crüger/Paul Gerhardt - Ich singe dir mit Herz und Mund
- Matthias Weckmann - Wenn der Herr die Gefangenen zu Zion
- Franz Tunder - Wachet auf! ruft uns die Stimme
- Dietrich Buxtehude - Wachet auf, ruft uns die Stimme
- Johann Pachelbel - Magnificat
- Johann Kuhnau - Gott sei mir gnädig
- Friedrich Wilhelm Zachow - Herr, wenn ich nur dich habe
- Christoph Graupner - Merk auf, mein Herz
- Johann Mattheson - Meine Seele erhebet den Herren
- Georg Philipp Telemann - Seele, lerne dich erkennen
- Johann Theile - Matthaus Passion
naar boven



